Botanische curiosa
Van vezels tot hars
Deze collectie vindt haar oorsprong in de tweede helft van de 19de eeuw. Onbekende producten bereiken in die tijd de Plantentuin na exploratie van nieuwe gebieden en via wereldtentoonstellingen. De collectie omvat de meest uiteenlopende bestanddelen en afgeleiden van economisch interessante planten uit alle continenten. Het betreft o.a. vruchten, zaden, bloemen, wortels, schorsen, hout, harsen en oliën, in zijn geheel ook drogerijen of botanische curiosa genoemd.
Deze materialen -te volumineus voor bevestiging op een herbariumvel- zitten opgeborgen in oude glazen bokalen en dozen; in totaal meer dan 20 000 artefacten. De grootste verzamelingen zijn van Carl von Martius en Henri Van Heurck. De collectie van von Martius uit 1868 omvat vruchten en vezels van palmen, houtmonsters en exsudaten (harsen) uit Brazilië, Suriname en Java en de ‘Materia-Medicacollectie’ van zijn broer Theodor von Martius, apotheker. De collectie van Van Heurck uit 1876 bevat de specimens van zijn ‘Musée botanique d’Anvers’ die hij gebruikte voor zijn cursussen plantkunde.
Daarnaast bevat de collectie ook nog een zeer belangrijke aanwinst uit 1878 van, toendertijd, nieuwe, nuttige planten uit de Franse overzeese gebieden, afkomstig uit de Parijse ‘Exposition permanente des Colonies françaises’.
In het Kasteel van Bouchout maak je als bezoeker kennis met een aantal artefacten uit deze collectie.