[Science news] - Inzamelen van wilde bananen in Papoea Nieuw Guinea
In mei 2019 vertrok een onderzoeker van Plantentuin Meise, samen met collega’s van KULeuven en enkele lokale onderzoekers, op een drie weken durende expeditie naar Papoea-Nieuw-Guinea op zoek naar wild bananen (Musa-soorten).
Bananen zijn de op drie na belangrijkste voedselbron wereldwijd. Ze worden geteeld in meer dan 130 landen in tropische en subtropische regio’s en zijn een basisvoedsel in veel ontwikkelingslanden. Het ontbreekt de commerciële cultivars echter aan genetische diversiteit, wat hen kwetsbaar maakt. Wilde verwanten daarentegen zijn genetisch veel diverser en bezitten potentieel belangrijke genen voor ziekteresistentie en voor het overleven in moeilijke condities, zoals droogtestress.
Het genus Musa omvat ongeveer 70 soorten, maar bijna alle hedendaagse eetbare bananen stammen af van maar twee wilde soorten. Eén van deze voorouders, Musa acuminata ssp. Banksia, groeit in de regenwouden van Papoea-Nieuw-Guinea.
We vonden op het eiland 31 populaties, behorend tot zeven wilde Musa-soorten. Van elke populatie werden vruchten ingezameld en bladstalen voor het bestuderen van de genetische diversiteit. De vruchten werden naar Plantentuin Meise gestuurd, waar de zaden geëxtraheerd, zorgvuldig gereinigd en gedroogd werden tot ongeveer 8% vochtgehalte. Van zodra de zaden droog waren, werden ze opgeslagen in diepvriezers bij -20°C voor lange-termijnconservatie.
Momenteel bezit de Plantentuin bijna 70 Musa-accessies, wat dit tot een van de grootste collecties van wilde Musa-zaden ter wereld maakt. Identificatie en conservatie van deze genetische bronnen is essentieel om bananenvariëteiten te veredelen die de uitdaging van een veranderend klimaat aankunnen en ook in de toekomst als voedsel kunnen dienen voor een groeiende wereldbevolking.